De nieuwe Omgevingswet (2021) vraagt een visie op de leefomgeving. En een goede balans tussen het gebruiken en beschermen van de leefomgeving. De eerste concepten van de Provinciale Omgevingsvisie- en Verordening zijn er inmiddels. Het vormt een optimistische visie met mooie ambites, maar er is ook nog ruimte om één en ander aan te scherpen.

Statenlid Ali Karataş: “De Omgevingswet vraagt om integraal te denken en provinciaal te regelen wat provinciaal moet, en gemeentelijk wat gemeentelijk kan. Dat klinkt mooi, maar blijkt een hele uitdaging. Want wanneer moet iets echt provinciaal geregeld worden? En hoe maak je beleid integraal? Dat vraagt om visie, maar ook om creativiteit en slimme combinaties. En uiteindelijk gewoon doen!”

Gezonde, veilige en inclusieve leefomgeving

Een gezonde leefomgeving is misschien wel belangrijker dan ooit. Gezondheidszorg is geen taak van de provincie, maar de inrichting van de omgeving is dat wel. En 50% procent van de gezondheidsbeleving is afhankelijk van die omgeving. De provincie zet hierbij stevig in op de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie voor lucht, geur en geluid. Een gezonde leefomgeving moet bij ontwikkelingen dan ook het uitgangspunt worden. Waar dit niet mogelijk blijkt zal telkens een afweging gemaakt moeten worden.

Een gezonde leefomgeving gaat over meer dan alleen normen. De inrichting van de Omgeving bepaalt ook hoe mensen zich voelen, of zij zich kunnen verplaatsen en of ze plekken hebben om elkaar te ontmoeten. Maar ook of het uitnodigt om te bewegen en sporten, en te ontspannen. Voor het eerst is er dankzij GroenLinks expliciet aandacht voor sociale inclusiviteit in het provinciaal beleid. Er wordt nu verder gewerkt aan de uitwerking en concretisering van inclusiviteit op de verschillende beleidsterreinen.

Toekomstbestendige natuur, een mooi landschap en duurzame landbouw

Voor natuur zijn de ambities om voortvarend verder te gaan met het realiseren van natuur in het Natuur Netwerk Nederland (NNN) en de zogenoemde ‘groene contour’. GroenLinks gaat voor natuur van hoge kwaliteit en een sterke biodiversiteit. Deze ambities komen ook duidelijk terug in de visie. Wel mag de ambitie voor het aantal bomen in de provincie Utrecht nog verder omhoog. Nu is de ambitie om deze gelijk te houden, maar wat GroenLinks betreft moet deze groeien. Recent is er ook een motie aangenomen om tenminste 600.000 bomen bij te planten!

Natuur is overal, en natuur moet ook een plek krijgen binnen de landbouw. Voor de landbouw is de inzet op een natuurinclusieve, circulaire en energieneutrale landbouw. Dat vraagt met bijkomende uitdagingen als bodemdaling en dat agrariërs anders gaan boeren: met ruimte voor biodiversiteit, natuurontwikkeling en daarvoor een eerlijke prijs.

Aanpak van klimaatverandering

Een belangrijk onderwerp in de visie is de aanpak van klimaatverandering en de hiervoor nodige duurzame, schone energieopwekking. Zo komt er vanuit de provincie veel meer ruimte voor windmolens en zonnevelden. Op zogenoemde kansenkaarten is aangegeven waar deze kunnen komen, in welke gebieden dit onder verscherpte voorwaarden kan en waar niet. Bij die verscherpte voorwaarden moet bijvoorbeeld gedacht worden aan natuurontwikkeling, versterking van de biodiversiteit en bescherming van weidevogels.

Het gaat uiteraard niet alleen om energie, ook het aanpassen van de omgeving om voorbereid te zijn op de gevolgen van klimaatverandering is nodig. En dan gaat het bijvoorbeeld ook om het remmen van bodemdaling, en zo het voorkomen van het vrijkomen van broeikasgassen. Waar GroenLinks verder nog naar kijkt is of er een provinciale omgevingswaarde voor CO2 opgenomen kan worden, nu dat op nationaal niveau niet is gebeurd. 

Een plek voor iedereen om te wonen

Er is een groot tekort aan woonruimte in de provincie Utrecht. Daarom is de inzet in de provinciale Omgevingsvisie om flink meer woningbouw mogelijk te maken. In de eerste plaats binnen bestaande steden en dorpen. Pas als die mogelijkheden volop benut zijn, wordt buiten bestaande steden en dorpen gebouwd. Het uitgangspunt is in dat geval om dat rond OV-knooppunten te doen. Voor kleine kernen komt onder voorwaarden beperkte uitbreidingsruimte om de kernen vitaal te houden. GroenLinks heeft er voor gepleit om bij deze uitbreiding zuinig met de ruimte om te gaan en deze waar mogelijk op meerdere manieren te gebruiken. Bijvoorbeeld het combineren van werken en wonen.

Wat nieuw is, is dat de provincie bij uitbreiding woningbouw kiest voor een ‘regionale programmering’. Dat betekent dat gemeenten de behoefte aan woningen regionaal afstemmen, en dat de provincie op basis daarvan en in overleg vaststelt waar en hoeveel woningen gebouwd mogen worden. Daarbij wordt ook voor het eerste gestuurd op het type woningen, zoals tenminste 50% betaalbaar (sociale- en middenhuur). Verder worden er afspraken gemaakt op het gebied van sociale samenhang, ruimtelijke kwaliteit, bouwen voor specifieke en bijzondere doelgroepen en energieneutraal en circulair bouwen.

Ali Karataş: “Eind maart zullen de ontwerp Provinciale Omgevingsvisie- en verordening ter inzage komen te liggen. Dan kunnen er ook zienswijzen op worden ingediend, we nodigen iedereen daartoe uit. Eind dit jaar zal Provinciale Staten de definitieve visie en verordening vaststellen.”

NB. Naar aanleiding van uitstel van de inwerkingtreding van de Omgevingswet is de Provinciale Omgevingsvisie- en (interim-)verordening in september ter inzage komen te liggen.