Bij de begrotingsbehandeling is een door GroenLinks ingediende motie aangenomen om twee extra begrotingsindicatoren op te nemen over de energietransitie. De aanleiding voor deze motie was dat er voor dit beleidsterrein tot nu toe geen enkele indicator bestond. De motie vraagt om twee indicatoren te ontwikkelen en geeft ook al aan hoe deze er op hoofdlijnen uit moeten zien.

Woordvoerder Huib van Essen: “Door deze indicatoren maken we onze doelstellingen scherp en expliciet, en kunnen we zien of onze inspanningen effect hebben.”

Aandeel duurzame energie

De eerste indicator geeft het aandeel duurzame energie weer: de hoeveelheid in de provincie hernieuwbaar opgewekte energie ten opzichte van de in de provincie gebruikte energie. Nu wordt in Utrecht slechts 2,4% van de energie hernieuwbaar opgewekt. Dit moet groeien naar minimaal 5% in 2017 en 10% in 2020. Het uiteindelijke doel is dat de provincie Utrecht in 2040 energieneutraal is.

Aandeel energieneutrale woningen

De tweede indicator betreft het aandeel ‘nul-op-de-meter’ woningen in de totale woningvoorraad. Het aantal energieneutrale woningen is nu nog verwaarloosbaar maar moet in 2020 zijn gestegen naar 50.000, meer dan 8% van de woningvoorraad in de provincie. Doel is dat in 2040 de totale woningvoorraad energieneutraal is.

Richting voor Agenda Energie

Beide indicatoren geven richting aan de Agenda Energie die gedeputeerde Staten de komende maanden ontwikkelt. De afspraak om samen met andere overheden, bedrijven en maatschappelijke partners tot een Utrechtse Energieagenda te komen is in het coalitieakkoord vastgelegd dat GroenLinks in mei 2015 met VVD, D66 en CDA sloot.

De door GroenLinks nu ingediende motie werd ondersteund door VVD, D66, CDA, PvdA, SP, ChristenUnie, SGP en 50PLUS. De PVV en Partij voor de Dieren stemden tegen.

Downloads
Motie Indicatoren energietransitie (PDF)