De Statenfractie van GroenLinks is bezorgd over gevolgen eigen plannen van de gemeente Soest. De Statenfractie heeft vandaag schriftelijke vragen gesteld aan Gedeputeerde Staten over de plannen voor de vliegbasis Soesterberg. Aanleiding voor de vragen is het besluit van het College van Burgemeester en Wethouders van Soest om zelf plannen te maken voor de vliegbasis. Daarmee neemt Soest afstand van uitgangspunten die de gemeente eerder samen met de gemeente Zeist en de provincie heeft geformuleerd.

Net als de raadsfracties van GroenLinks in Soest en Zeist maakt de Statenfractie zich zorgen over het groene karakter van de plannen voor de vliegbasis. In het Streekplan 2005-2015 is vastgelegd dat de hele vliegbasis tot de ecologische hoofdstructuur (EHS) behoort. Dat betekent dat het nettoresultaat van nieuwe plannen ‘winst voor groen’ hoort te zijn. De motivering van het collegebesluit van Soest wekt de indruk dat Soest meer wil bouwen dan eerder is afgesproken met de provincie en de gemeente Zeist. Ook omdat de plannen voor de vliegbasis nauw samenhangen met het project ‘Hart voor de Heuvelrug’ kan het collegebesluit van Soest tot gevolg hebben dat de samenhang van de groene ontwikkeling van het gebied wordt verstoord. Een ander gevaar is dat betrokken partijen er verder niet meer uitkomen en dat daarmee het hele proces, de financiële afspraken en uiteindelijk ook de groene ontwikkeling wordt gefrustreerd.

Door middel van de schriftelijke vragen wil de Statenfractie van GroenLinks op korte termijn helderheid krijgen over de gevolgen van Soester collegebesluit en de opvattingen van Gedeputeerde Staten over dit besluit. Ook wil de Statenfractie weten waarom het college van B&W van Soest is uitgenodigd voor een gezamenlijk werkbezoek aan Greenham Common, nu Soest toch apart een plan wil maken.