De Voorloper Groene Hart is een gezamenlijke nota van de provincies Zuid-Holland, Noord-Holland en Utrecht, die richtinggevend is voor de komende provinciale structuurvisies. GroenLinks kon zich in de uitgangspunten wel vinden, maar wees de lokalisering van transformatiezones af. Het betrof de gebieden Oost-Vianen, de Vechtoevers en het gebied Woerden-Harmelen. GroenLinks diende hierover een motie in. De coalitie van CDA, VVD en CU wees de motie af, omdat de Voorloper slechts een kader zou zijn en er pas na partiële herzieningen van de toekomstige structuurvisie voor de genoemde gebieden een transformatie mogelijk zou zijn.

Uit de inbreng van de statenfractie GroenLinks:

Vandaag hebben wij het hier over een voorloper. Wat nog moet komen is een echte, heuse structuurvisie. Maar de vaststelling van deze voorloper is richtinggevend.

Uitgangspunt voor GroenLinks blijft: behoud van kernkwaliteiten van het Groene Hart, een open landschap met een historische diepgang. Een gebied waar landbouw een belangrijke drager is, maar tegelijk ook meer en meer in recreatief opzicht functionerend voor de Randstad als geheel.
En een gebied dat goed voorbereid moet zijn op klimaatverandering en de toenemende waterhuishoudingsproblematiek.

Wat dat laatste betreft:
Tot de goede dingen in de Voorloper hoort de inzet voor een duurzaam watersysteem, en de aanpak diepe droogmakerijen als Groot Mijdrecht Noord - zie p.15.
Vastgelegd is het streven naar vernatting al dan niet in combinatie met functieverandering. En op korte termijn ontwikkelingen uitsluiten die toekomstige oplossingen voor de wateropgave bemoeilijken. Verder worden afwegingen over de diepe droogmakerijen in een breder gebiedsperspectief gezien dan alleen van de droogmakerij zelf. We zijn blij dat het CDA dit ondersteunt.

Woningbouw in het Groen Hart betekent automatisch een discussie over het instrument ‘migratiesaldo nul’.
Wat betreft ‘migratiesaldo nul’ willen wij benadrukken dat wij de intentie van het instrument heel goed bedoeld vinden. De essentie is: vastleggen dat het Groene Hart open blijft en geen verstedelijkingslocatie is van en voor de Randstad. Dit kan echter veel beter worden vastgelegd door een contourenbeleid, zoals wij al in het Streekplan hebben gedaan. Plus een beleid dat het gebied vormgeeft en beschermd als Nationaal Landschap.
Wannewr we in de quotasystematiek blijven, vindt wat betreft de quota per provincie onze fractie dat de koers van het huidige Streekplan leidend is, en we

na 2015 niet ineens vergelijkenderwijs meer moeten bouwen in het Utrechtse deel van het Groene Hart.

Wat betreft de bedrijvigheid zijn we buitengewoon geschokt door het plan van de gemeente Woerden om een bedrijventerrein aan te leggen in de polder Reijerscop, bijna pal tegen Rijnenburg aan en als een donkere wolk boven Montfoort in een nog zeer gaaf en typerend deel van het Groene Hart. Daar gaat je bufferbeleid! Dit is natuurlijk flagrant in strijd met provinciaal (en Rijks-) ruimtelijk beleid.
Ik verwacht hier ook een duidelijke stellingname van GS tegen dit soort voornemens!
Maar de provincie heeft hier ook enigszins schuld aan. Het ontbreekt aan regie in het gebied.
Met als resultaat: de troebelen rond Snel in Montfoort en het gerommel met het bedrijf van ‘De Hollandse IJssel’ in Oudewater, terwijl Woerden totaal niet binnen een regionaal kader operereert.
Provinciale regie is nu keihard nodig, eventueel als ontwikkelingsmaatschappij.
Eventueel stelt de provincie maar een deadline, waarvoor de gemeenten er samen uit moeten komen, anders neemt de provincie de regie over.

Dan kom ik bij de transformatiezones.
Van de vier transformatiezones in de Voorloper liggen er liefst drie in onze kleine provincie.
Loenen/Breukelen, Vleuten/Harmelen, en Hagestein. Wij hebben grote problemen met de keuze en omvang van deze zones. Bij Breukelen erkent de Voorloper zelf dat het om een gebied gaat met eigen open kwaliteit, waar ook de Groen Ruggengraat dient te worden gerealiseerd. Het gebied tussen Harmelen en Vleuten is sinds jaar en dag erkend als een cruciale bufferzone, en speelt ook een rol in het kader van ‘Groen en recreatie rond de stad’.
Een zekere ontwikkeling bij Hagestein is alleen onder strikte voorwaarden denkbaar wanneer de spoorlijn naar Breda is gerealiseerd. Anders voeg je nog eens een snelweglocatie toe in een gebied waar de mobiliteitsproblemen evident zijn.
Ondertussen zien wij de bui al hangen van grondspeculatie in zones die al makkelijk als verstedelijkingsreserve kunt beschouwen. Wij hebben in de commissie ook zorgen van andere partijen, zoals de CU op dit punt gehoord.

Vandaar de volgende Motie, mede ingediend door de PvdA:

Tenslotte: Het Groene Hart leert ons over grenzen heen te kijken. Daarom is het belangrijk dat de Voorloper in gezamenlijkheid is opgesteld.
Het is daarom jammer dat de behandeling toch weer verschillend is, en in Noord-Holland niet door de Staten wordt behandeld. Van GS horen wij graag of en welke consequenties dit verder heeft voor het vervolg en of en hoe wij gemeenschappelijk doorgaan.