Florian, sinds 2014 ben jij fractievoorzitter geweest. Hoe heb jij die rol ervaren?
“Ik heb twee heel verschillende coalitieperiodes meegemaakt. De afgelopen periode van vier jaar was wel veel roeriger dan de vorige. Een belangrijke taak vond ik de coalitie overeind te houden omdat we daar als GroenLinks veel belang bij hadden.
“Zo hebben wij ons altijd zeer kritisch getoond op de beoogde verbreding van de A27. Dat leverde gedoe op terwijl ik oprecht meende dat het verschil van inzicht letterlijk in het coalitieakkoord stond. In het algemeen moesten we alle zeilen bijstellen om ook de duurzame aspecten van mobiliteit overeind te houden. Na het vertrek van gedeputeerde Verbeek werd de coalitie wel prettiger.
“In de fractie was mijn doel te zorgen voor een consistente inhoudelijke boodschap. Dat hebben we in het begin ontwikkeld en gaf ons ook herkenbaar houvast. Dat zou wat mij betreft ook een tip zijn voor de nieuwe fractie.
“En als fractievoorzitter wilde ik met mijn ervaring in de Provinciale Staten en mijn strategische werkervaring de andere fractieleden ondersteunen om effectief te zijn in hun initiatieven. Ik vond het leuk om anderen te ondersteunen en nog beter te laten worden. Ik had graag mijn ervaring en inzicht ingezet om de nieuwe lichting enthousiaste Statenleden een vliegende start te bezorgen en GroenLinks met een goed akkoord opnieuw een coalitie in te helpen.”
Erna, voordat je Statenlid werd was je fractievoorzitter van GroenLinks Nieuwegein. Was dat een grote overstap?
“Inhoudelijk viel dit mee. In Nieuwegein ben ik veel bezig geweest met natuur en dat was ook een belangrijke reden om de overstap naar de provincie te maken. Met de nieuwe wet Natuurbescherming zijn veel taken overgeheveld naar de provincie dus als je iets op dat gebied wilt bereiken, moet je bij de provincie zijn.
“Qua werkwijze vond ik het wel heel anders. Provinciaal was alles binnen de coalitie veel strakker geregeld en afgesproken en elk initiatief dat je wilde nemen moest eerst binnen de coalitie afgestemd worden. Dat was ik niet gewend en voelde wat belemmerend. Het zorgde er ook voor dat het lastig was om wat meer met partijen te doen waar je op sommige dossiers wat meer affiniteit mee had en dat alles via de fractievoorzitters van de coalitie moest lopen. Dat was in Nieuwegein wel anders, daar had je meer vrijheid binnen de coalitie.
“Anders was ook dat binnen de provinciale politiek je wat minder korte-termijn-impact hebt en daardoor ook wat minder direct met inwoners te maken hebt, maar meer met gemeentelijke besturen en raden. Dat heeft zijn voor- en nadelen, maar het gaf je wat minder druk om niet met de waan van de dag mee te hoeven en je wat meer tijd kon nemen om tot besluiten te komen. Ik vond het alleen soms wel ingewikkeld om aan mensen die er wat verder vanaf staan, uit te leggen wat we nu precies deden en welke invloed dat heeft.”
Wat beschouwen jullie persoonlijk als jullie grootste succes in de Staten?
Florian: “Dat we de afgelopen jaren in mijn ogen meer dan alle andere partijen erin geslaagd zijn de meeste amendementen en moties die ook betekenis hadden aangenomen te krijgen.
“Persoonlijk ben ik daarnaast ook heel succesvol geweest bij de vaststelling van de provinciale ruimtelijke structuurvisie in 2013. In het voortraject had ik al veel invloed uitgeoefend als coalitiepartner en ook bij vaststelling van de structuurvisie heb ik veel moties en amendementen in wisselende verbanden erdoor gekregen.”
Erna: “Omdat dingen wat langzamer gaan, zijn de successen soms wat minder groot en tastbaar Maar ik ben bijvoorbeeld heel blij met de invloed die we hebben gehad bij de implementatie van de wet Natuurbescherming. Dit hield onder andere in dat we meer geld voor groene handhaving hebben gekregen, dat er meer geld en veel meer aandacht is gekomen voor alternatieve schadebestrijdingsmethoden: minder dieren doden en meer inzetten op preventieve en minder dieronvriendelijke maatregelen. En ook dat de Dierenbescherming een bestuurszetel in de Faunabeheer Eenheid heeft gekregen (dat is de organisatie die gaat over schadebestrijding en met name uit jagers en boeren bestaat). Ook is er eindelijk serieus gekeken naar meer ondersteuning voor opvang en vervoer van in het wild levende dieren (met name vogels). De daadwerkelijke uitvoer hiervan mag de nieuwe fractie gaan inkoppen…
“Ook ruimtelijk hebben we veel kunnen bereiken hoewel het in deze periode ook wel voor een deel ook behoud was van wat er in de vorige periode was bereikt. Zoals de het vasthouden om niet uit te mogen breiden van niet grondgebonden landbouw en het handhaven van de rode contour (dus niet bouwen in het buitengebied). Dankzij onze vasthoudendheid hierin onder soms flink grote druk zijn de regels niet versoepeld. Aan de buitenkant niet echt een klaterende overwinning maar het kunnen behouden van de huidige relatief goede bescherming van landschap, natuur en dier was af en toe al een flinke krachttoer.”
Florian: “Waar ik ook nog trots op ben is het compromis dat ik bedacht ten aanzien van uitbreiding bouwblokken boerenbedrijven. Dat was een heet hangijzer in de eerste onderhandeling in 2011. Ik heb toen kwaliteitseisen aan die uitbreiding gekoppeld (verbetering dierenwelzijn, gezondheid, vermindering milieubelasting en goede landschappelijke inpassing). Dit wad noodzakelijk voor de coalitievorming, want het CDA en de VVD konden niet thuiskomen zonder mogelijke verruiming. Daarnaast was het niet uitgesloten dat het ook voor biologische bedrijven zou gelden.
“In eigen kring zijn we er erg op bekritiseerd, maar sindsdien ging het debat meer over wat er ín de stallen gebeurt dan alleen dat ze niet groter mogen. Ik vind wel dat er een maat is die te groot wordt voor de eisen die ik stelde. Maar het was sowieso begrensd op maximaal 2,5 hectare voor hele bouwvak, dus inclusief het buitenterrein.”
Zijn er ook momenten in de Staten die je over zou willen doen?
Florian: “Er werd op een gegeven moment een extra vergadering gepland. Ik kon daardoor mijn kinderen niet naar bed brengen. Vervolgens werd er tijdens de vergadering een uur procedureel gedebatteerd of een bepaald punt wel of niet vertrouwelijk behandeld moest worden.
“Tijdens een stilte, ik stond net, draaide ik mij om en brulde van achteruit de zaal: ‘Iedereen is extra gekomen, ik kan nu mijn kinderen niet naar bed brengen. Kan dit procedureel gezeur nu stoppen en kunnen we het punt behandelen?!’
“Van schrik schorste de voorzitter en was het in vijf minuten geregeld. Het was erg onparlementair, maar het voelde eerlijk gezegd wel heel goed om de vrijheid te nemen om te zeggen dat er mij iets dwarszat.
“Tijdens de eerder genoemde provinciale ruimtelijke structuurvisie van 2013 was ik na een aantal successen ook royaal en besloot het CDA te ontzien voor wat betreft het Binnenveld. Wellicht dat dit zich in de toekomst ook weer zou terugbetalen en de steun van het CDA was van belang. Maar voor de natuur in het Binnenveld had ik misschien moeten doorpakken. Ik had ook een meerderheid georganiseerd om natuur volledig te laten prevaleren boven boerenbelangen.”
Erna: “Misschien niet per se over doen, maar ik vond het soms wel lastig prioriteiten te moeten stellen. We waren een kleine fractie waar ik veel inhoudelijke portefeuilles had en ik echt keuzes moest maken.
“Ik heb bijvoorbeeld veel te weinig tijd aan water kunnen besteden. Maar ik kijk dan wel of andere fracties dit oppakken op een manier die past binnen de visie van GroenLinks. Als dit het geval is, kan je het ook wat meer laten gaan en het daar een beetje volgen. Ik blijf dat wel moeilijk vinden en ik had hier graag meer aandacht aan willen besteden, met name ook de hele problematiek rondom bodemdaling en waterpeil.
“Ook had ik graag meer tijd kunnen steken in ‘naar buiten gaan’: meer overleg en samenwerking met andere organisaties, mensen in de provincie die geraakt worden door ons beleid.
“Achteraf gezien had ik, denk ik, ook wat meer mijn eigen route moeten volgen en me wat minder moeten laten leiden door de dwang van de coalitie en me ook binnen de fractie mijn ongemak met de werkwijze meer bespreekbaar moeten maken.”
Wat zouden jullie de nieuwe fractie mee willen geven?
Florian: “Wat ik eerder zei over het ontwikkelen van een gezamenlijk inhoudelijk kader en boodschap zou ik hier graag opnieuw willen benadrukken.
“Neem als vers Statenlid initiatief, wees pro-actief, begin met het agenderen van onderwerpen. Organiseer bijvoorbeeld een bijeenkomst, stel elke keer dat het kan een nieuwe vraag rond een thema.
“Denk vooruit, probeer informeel je invloed uit te oefenen. Ga eens met ambtenaren praten onder het mom van technische vragen, benut je deelname in een eventuele coalitie door met gedeputeerden, ook van andere partijen, te praten. Bereid met collega-woordvoerders voor wat je wil gaan doen en bouw dat een beetje op.
"Wees creatief, durf duidelijk te zijn, zoek naar woorden die uitdrukken wat je echt wilt zeggen en luister. Debatteer alsof het een gesprek is en druk alleen door of zet iets alleen vast als iemand erom heen gaat draaien, drogredenen verzint of de helft van de inhoud negeert.”
Erna: “Gezien de behoorlijk andere positie van GroenLinks vind ik dat wat lastig te zeggen. We zijn van één van de kleinste partijen en kleinste coalitiepartner de grootste geworden. Dat geeft een hele andere dynamiek en verantwoordelijkheid dan de afgelopen vier jaar.
“Ik zou vooral willen adviseren er van te genieten, provinciale politiek is de leukste politieke laag die er is, vooral ook voor groene GroenLinksers: het gaat om ruimtelijke kwaliteit, natuurbescherming, milieu, duurzaamheid, water, mobiliteit, landbouw etcetera. Onderwerpen waar je kaders voor maakt die voor de wat langere termijn van belang zijn en juist voor een partij met een duidelijke visie voor de toekomst.
“Zoek de samenwerking op met andere partijen binnen de Staten, maar ook met de organisaties daarbuiten zoals de NMU, Natuurmonumenten, Het Utrechts Landschap en de Dierenbescherming. Maar ook de LTO. Deze zijn voor mij van onschatbare waarde geweest om scherp en gemotiveerd te blijven en constant alert te blijven op wat anders kan en, vanuit GroenLinks perspectief, beter zou kunnen.
“En ga vooral mee met alle werkbezoeken: je krijgt toegang tot informatie, plekken en mensen waar je anders niet snel toegang tot krijgt en het helpt heel erg zaken concreet te maken. Daarnaast is het ook nog eens goed voor de onderlinge samenwerking tussen de verschillende woordvoerders van de andere partijen. Samen door de modder lopen in een boerenweiland schept een band.
“Wat mij tenslotte ook heel erg geholpen heeft, is dat ik voor mezelf hele concrete doelen had over wat ik wilde bereiken. Dat helpt heel erg in keuzes maken waar je je tijd aan besteedt. Want zelfs met een grote fractie ben ik ervan overtuigd dat ook deze mensen meer willen doen dan haalbaar is qua tijd.”