We krijgen op het moment veel e-mails van inwoners die zich zorgen maken over de plannen van de gemeente Utrecht voor een energielandschap met windmolens in de polders Rijnenburg en Reijerscop. Omdat onze mailboxen vol raken en we niet iedereen persoonlijk kunnen beantwoorden, willen we graag op deze manier reageren.
Wij begrijpen de zorgen met betrekking tot de mogelijke plaatsing van 8 windmolens in de polder Rijnenburg en Reijerscop. De gemeente Utrecht maakt deze keuze om belangrijke stappen te zetten in de energietransitie en haar bijdrage te leveren aan het behalen van de klimaatdoelstellingen.
Tegelijkertijd betekent dit ook dat het landschap van de polders Rijnenburg en Reijerscop er anders uit zal gaan zien, en dat dit ervaren kan worden als inbreuk op het landschap. En hoewel de inrichting gericht is op het beperken van overlast, is de ervaring daarvan natuurlijk erg persoonlijk. Het is dan ook niet vreemd dat het huidige plan voor het energielandschap zowel voor- als tegenstanders kent, en het is goed dat die van zich laten horen.
We zijn als Statenfractie van GroenLinks van mening dat deze windmolens nodig zijn om te voorzien in het schoon opwekken van de energiebehoefte van de stad Utrecht en omgeving. Het energielandschap kan, wanneer de mogelijkheden maximaal benut worden, in 20% van de energiebehoefte van de stad voorzien. Dat is hard nodig, want de mogelijkheden die er voor Utrecht zijn om grootschalig energie op te wekken zijn beperkt. Geen energielandschap in Rijnenburg zou dan ook betekenen dat een groter deel van de energiebehoefte in de regio opgevangen moet worden. Daarbij is woningbouw in de polders Rijnenburg en Reijerscop tot tenminste 2030 niet nodig. Tot die tijd is de plancapaciteit aan woningen in de provincie Utrecht namelijk ruim voldoende, dit werd recent nog eens bevestigd.
Daarbij raakt de problematiek rond stikstof en PFAS woningbouwprojecten in de hele provincie. Echter vinden veel projecten alsnog doorgang, onder meer door ruimte die gecreëerd wordt met de stikstofmaatregelen van het Rijk, zoals de snelheidsverlaging op snelwegen. Wij vinden verder dat woningbouw in eerste instantie binnen bestaande steden en dorpen moet plaatsvinden. En waar dat niet meer kan, moet woningbouw zich vooral rond OV-knooppunten concentreren. Rijnenburg is onder die voorwaarden niet de eerste keuze. Dan zijn andere locaties op korte termijn geschikter.
In het provinciale coalitieakkoord hebben wij over Rijnenburg ook het volgende afgesproken:
“Wij ondersteunen de huidige plannen van de gemeente Utrecht voor het energielandschap in Rijnenburg. In lijn met deze plannen, zijn wij van mening dat de start van eventuele woningbouw in Rijnenburg vanaf 2030 mogelijk moet blijven.”
We staan nog altijd volledig achter deze afspraak, en aan die afspraak houden we ons dan ook.
Hoewel wij de oproep om de windmolens in het energielandschap tegen te houden en woningbouw mogelijk te maken dan ook niet kunnen steunen, en wij de briefschrijvers daarin ongetwijfeld teleurstellen, hopen wij inzicht gegeven te hebben in de overwegingen voor ons standpunt.